
Interview met Jacqueline zirkzee
Interview met Jacqueline Zirkzee

Werner Peeters sprak met Jacqueline Zirkzee:
Dag Jacqueline, waar ben je momenteel mee bezig?
Op dit moment ben ik aan het bijkomen van het opwaaiende stof na de verschijning van mijn nieuwste roman. Anders dan de meeste mensen denken, is het werk van een schrijver niet klaar na het inleveren van een voltooid manuscript. Als schrijver wordt er van je verwacht dat je zichtbaar bent. Ik heb gelukkig een uitgever die me veel uit handen neemt, maar ik ben zelf ook nog steeds druk bezig om aandacht te helpen genereren voor het boek. Er verschijnen ontzettend veel boeken, dus je moet zorgen dat je opvalt als je met iets nieuws komt. Eerst was er de lancering en de organisatie eromheen, op een kasteel met bijna honderd genodigden. Nu zijn er recensies en andere nieuwtjes die gedeeld moeten worden op de sociale media, net als verzoeken om interviews, lezingen en signeersessies. Ik vind dat ook allemaal heel leuk en gelukkig werpt het ook vruchten af, maar ik hoop tijdens het kerstreces wat rust te vinden om over een nieuw boek na te denken.
Vertel eens wat meer over je laatste roman, Salomon?
Met plezier. Let op: de titel is SALOMON, met hoofdletters! Het is een acroniem. SALOMON is een toekomstroman, vernoemd naar de organisatie die een grote rol speelt in het verhaal. SALOMON staat voor Samenwerkingsorgaan Algemene Leefbaarheid, Orde en Maatschappelijke Ondersteuning Nederzone. Het is een overheidsorgaan dat in het leven is geroepen om te voorkomen dat er misstanden zoals de Toeslagenaffaire plaats kunnen vinden.
SALOMON is voortgekomen uit Group Zero, een beweging die streefde naar nul uithuisplaatsingen. Wist je dat er in Nederland nog steeds elk jaar honderden kinderen uit huis worden geplaatst? Vorig jaar alleen al waren het er ruim 1500. In 2022 verbleven in totaal 42.560 kinderen en jongeren tot en met 22 jaar in een vorm van jeugdhulp met verblijf, zoals een pleeggezin of instelling. Die cijfers heb ik van het Nederlands Jeugdinstituut.
In de nabije toekomst zoals ik die schets in de roman, is de jeugdbescherming geheel hervormd. De hoofdpersoon is een vrouw die als juridisch medewerker binnen deze instantie werkzaam is. Zij gelooft in de idealen van een rechtvaardiger samenleving waar SALOMON voor staat. Langzaam komt zij in een spagaat te zitten, als de kloof tussen ideaal en praktijk steeds dieper wordt en SALOMON haar persoonlijk leven dreigt binnen te dringen.
Het is een heel ander soort boek dan mijn eerdere romans, ook qua stijl. Ik was dus erg benieuwd hoe het ontvangen zou worden, maar de recensies zijn gelukkig meer dan lovend. Lezers noemen het ‘een bijzonder en intens verhaal’, een recensent heeft het op haar lijstje ‘beste boeken van 2024’ gezet, het staat op de shortlist voor een van de Thrillzone Awards en ook de bespreking voor de bibliotheken was heel positief. Het is zelfs vergeleken met ‘1984’.
Ik ben ook heel blij dat mijn uitgever ervoor gekozen heeft SALOMON ook als e-book en luisterboek uit te brengen, om nog meer lezers te bereiken.
De Toeslagenaffaire, Belgische lezers gaan daar niet mee vertrouwd zijn. Kan je even kort schetsen voor de leek waar dat nu weer over ging?
Naar schatting zijn rond de 60.000 kinderen geraakt door de Toeslagenaffaire, die zich afspeelde tussen 2005 en 2019. Het begon ermee dat de overheid ruimhartig bijdroeg aan de in Nederland zeer kostbare kinderopvang voor werkende ouders. Het signaleren van wanpraktijken bij enkele malafide opvangorganisaties leidde tot een grootscheeps onderzoek, waarbij ouders de soms over vele jaren door die bureaus ontvangen toeslagen moesten terugbetalen, geld dat zijzelf nooit in handen hadden gekregen. Mensen moesten hun huis verkopen of werden uit hun huurhuis gezet, ondernemingen gingen failliet. De geldproblemen waarin gezinnen verkeerden, leidden tot ontslag en scheiding, er zijn kinderen uit huis geplaatst. Bij die uithuisplaatsingen kwamen weer andere misstanden aan het licht, zoals dat heel jonge kinderen niet meer teruggeplaatst worden als er te veel tijd verstreken is, omdat zij het gezin van herkomst zouden zijn ‘ontwend’. Je moet er toch niet aan denken: heb je je zaken met veel moeite weer op orde gekregen, ben je alsnog je kinderen kwijt.

Onderdeel van het schandaal was dat met name ouders met een buitenlandse achternaam keihard werden aangepakt. Bezwaren werden niet gehoord, want het scheve algoritme in het systeem had hen immers als dader aangewezen en daaraan viel niet te tornen. Pas in 2018 kwam langzaam een besef op gang dat er hier zaken grondig mis waren gegaan, maar toen waren er al duizenden kinderen opgegroeid in armoede en stress.
Bij de presentatie van SALOMON op Kasteel Oud-Poelgeest nam daarom kamerlid Faith Bruyning het eerste exemplaar in ontvangst: zij was zowel als kind uit huis geplaatst en als ouder verwikkeld geraakt in het toeslagenschandaal. Nu zet ze zich in voor een betere jeugdzorg.
Toch ging het mij niet zozeer specifiek om deze affaire als wel waar die voor staat: een onbetrouwbare overheid die zich laten leiden door regels en die burgers ziet als een pakketje lasten en baten. En telkens roept men: dit mag nooit meer gebeuren. Dat leidde bij mij tot het gedachte-experiment waaruit SALOMON is voortgekomen: een organisatie die het belang van het kind vooropstelt, wat er ook gebeurt.
Hoe dat uitpakt, is het onderwerp van de roman, die tegelijk een karakterstudie is van een medewerker binnen zo’n systeem en wat dat met haar doet. Want goede intenties hebben verschillende kanten en een dader kan ook zomaar slachtoffer worden.
Zou een boek als SALOMON geschikt zijn voor verfilming, denk je? Ik kan me niet indenken dat in een filmrijk land als Nederland daar geen interesse voor zou zijn…
Ik denk dat het een geweldige film zou kunnen opleveren! Zover heb ik nog niet gedacht, maar ik zal het er zeker eens met de uitgever over hebben hoe we de aandacht van filmmakers kunnen trekken.
Je boeken hebben vaak een historische inslag. Helpt je dat om inspiratie te vinden?
Ik ben opgeleid als historicus. Samen met mijn liefde voor mooie verhalen maakte die achtergrond dat ik als schrijver mijn ruwe materiaal aanvankelijk vooral in het verleden zocht. Na mijn studie werd ik reisjournalist en het idee voor mijn debuut Mykene ontstond toen ik de burcht van Mycene in Griekenland bezocht en onder de Leeuwenpoort mijn fantasie liet gaan over wat er werkelijk gebeurd kon zijn met de hoofdpersonen uit de Ilias. Homerus schreef immers zijn interpretatie ook honderden jaren na de feiten. Hetzelfde deed ik met mijn tweede roman, een hervertelling van de sage van Tristan en Isolde: mijn eigen versie van een bestaand verhaal binnen een historisch zo accuraat mogelijke setting plaatsen, voor zover mogelijk was met de bronnen die er beschikbaar waren.
In mijn volgende romans liet ik de verhalen van anderen helemaal los en concentreerde ik me meer op concrete historische gebeurtenissen. Dat leidde onder meer tot de roman Het Heksenhuis, een avontuurlijk verhaal over de heksenjacht in de zeventiende eeuw. Vrijwel alle personages in dat boek zijn gebaseerd op bestaande personen. Bij De eerste priesteres, een roman over de opkomst van de eerste tempelsteden, moest ik die aanpak wegens het gebrek aan geschreven bronnen weer loslaten. Ik verdiepte me in archeologische overblijfselen en mythologische overleveringen, maar voor een groot deel kon ik mijn verbeelding de vrije loop laten. Toch was ik aanvankelijk verbaasd dat het boek als fantasy werd gezien (ik spreek nu over vijf jaar geleden).
SALOMON is mijn eerste roman die zich niet in het verleden afspeelt, maar in de toekomst. Wel speelt het verleden in die toekomst een belangrijke rol. Het was inspirerend om op die manier na te denken over hoe men later wellicht op deze rare tijd zal terugblikken.
Als ik zo mijn oeuvre bekijk, denk ik dat ik vooral geïnspireerd word door nieuwe uitdagingen. Ik geniet van de vrijheid die ik heb om door de tijd te zwerven, of dat nu het verleden, het heden of de toekomst betreft, en om thema’s uit te diepen die me aanspreken. Je hoort wel dat sommige schrijvers een heel oeuvre met steeds een andere versie van hetzelfde verhaal schrijven. Daar hoor ik in elk geval niet bij!
Wie zijn op literair gebied zelf je grote voorbeelden?
Dat wisselt, het hangt er ook van af waar ik zelf mee bezig ben. Via mijn studie Engels maakte ik kennis met Brave New World van Aldous Huxley, 1984 van George Orwell en The Handmaid’s Tale van Margaret Atwood. Qua fantasy stond voor mij altijd J.R.R. Tolkien op een eenzame hoogte. Tegenwoordig kan ik ook heel erg genieten van de bizarre personages die Chuck Palahniuk creëert, al heeft hij Fight Club nooit meer overtroffen. Qua doorleesgehalte in zijn schrijfwerk vind ik Stephen King nog steeds ongeëvenaard. Verder bewonder ik Paul Auster, Michel Faber en Dostojevski. Van die laatste zal je in SALOMON misschien zelfs een verre echo kunnen horen.
Waar ben je als auteur te vinden?
Op mijn website.
